TOP > Diverse printerinstellingen > Het menu [Instellingen] > [Interface] Menu > [RS-232C]
[RS-232C]
Instellen van de RS-232C-verbinding.
Verschijnt alleen wanneer de optionele RS-232C-set is geïnstalleerd.
Beschikbare instelopties:
[Baudsnelheid]
Instellen van de baudsnelheid (bps).
U hebt de keuze uit de volgende opties:
•
[2400]
•
[4800]
•
[9600]
•
[19200]
•
[38400]
•
[57600]
•
[115200]
[Parameters]
Instellen van de gegevensparameters.
U hebt de keuze uit de volgende opties:
Zie de onderstaande tabel voor de parameterconfiguraties.
•
[8-N-1]
•
[8-O-1]
•
[8-E-1]
•
[8-N-2]
•
[8-O-2]
•
[8-E-2]
•
[7-N-1]
•
[7-O-1]
•
[7-E-1]
•
[7-N-2]
•
[7-O-2]
•
[7-E-2]
Lijst met parameterconfiguraties
Parameters
Gegevenslengte
(bit)
Pariteit
Stopbit
(bit)
8-N-1
8
Geen
1
8-O-1
8
ODD (ONEVEN)
1
8-E-1
8
EVEN
1
8-N-2
8
Geen
2
8-O-2
8
ODD (ONEVEN)
2
8-E-2
8
EVEN
2
7-N-1
7
Geen
1
7-O-1
7
ODD (ONEVEN)
1
7-E-1
7
EVEN
1
7-N-2
7
Geen
2
7-O-2
7
ODD (ONEVEN)
2
7-E-2
7
EVEN
2
[Flow controle]
Instellen van het communicatieprotocol.
U hebt de keuze uit de volgende opties:
•
[READY/BUSY Multi]
•
[XON/XOFF Multi]
•
[STATUS3]
•
[STATUS4]
•
[STATUS5]
•
[Geen]
[BCC]
In- of uitschakelen van de BCC-controlefunctie.
Alleen beschikbaar als u [STATUS5] hebt geselecteerd in het menu [Flow controle].
Gerelateerde onderwerpen
Bedieningswijzen in de instelmodus

Terug naar top