[SDPL]

Om SDPL als printeraansturingstaal te gebruiken, beschikt u over de volgende instelopties:

• U kunt de opties onder het menu [Prioriteit geven] alleen instellen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven].

[Controle code]

Instellen van de besturingscode.

Beschikbare instelopties:

[Type code]

Instellen van het type besturingscode.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

•	[Standaard]

•	[Alternatief 1]

•	[Alternatief 2]

•	[Aangepast]

[SOH]

Instellen van de SOH-code.

U kunt de code alleen wijzigen als u [Aangepast] hebt geselecteerd in het menu [Type code].

Instelbereik: 0 tot FF (hexadecimaal).

• Elke code moet op een andere waarde worden ingesteld.

[STX]

Instellen van de STX-code.

U kunt de code alleen wijzigen als u [Aangepast] hebt geselecteerd in het menu [Type code].

Instelbereik: 0 tot FF (hexadecimaal).

• Elke code moet op een andere waarde worden ingesteld.

[CR]

Instellen van de CR-code.

U kunt de code alleen wijzigen als u [Aangepast] hebt geselecteerd in het menu [Type code].

Instelbereik: 0 tot FF (hexadecimaal).

• Elke code moet op een andere waarde worden ingesteld.

[CNTBY]

Instellen van de CNTBY-code.

U kunt de code alleen wijzigen als u [Aangepast] hebt geselecteerd in het menu [Type code].

Instelbereik: 0 tot FF (hexadecimaal).

• Elke code moet op een andere waarde worden ingesteld.

[Label roteren]

Instellen van de paginastand (richting) om labels af te drukken.

De in de printer ingestelde labelgrootte wordt gebruikt als referentiewaarde voor het draaien.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

0 graden

De labels worden staand afgedrukt.

90 graden

De labels worden liggend afgedrukt.

180 graden

De labels worden ondersteboven staand afgedrukt.

270 graden

De labels worden ondersteboven liggend afgedrukt.

[SOP-emulatie]

Instellen van de SOP(Start of Print)-emulatie.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

•	[Uitgeschakeld]

•	[Prodigy Plus - 110]

•	[Allegro - 220]

•	[Prodigy - 250]

•	[Automatisch]

[Compatibele modus]

Instellen van de compatibiliteitsmodus voor SDPL.

Beschikbare instelopties:

[TTF]

In- of uitschakelen van de compatibiliteitsmodus voor het TrueType-lettertype.

Inschakelen van de compatibiliteitsmodus voor het TrueType-lettertype. TrueType-lettertypen in het vet worden met een kleinere spatiëring (tekenbreedte) afgedrukt.

Uitschakelen van de compatibiliteitsmodus voor het TrueType-lettertype.

[Grafische elementen]

Instellen of u grafische gegevens wilt registreren zelfs wanneer een LF(Line Feed)- of regelinvoercode ontbreekt.

[Compressie]

Instellen of de printer grafische gegevens ondersteunt die met unieke compressieformaten zijn aangemaakt.

[Afdrukken van links naar rechts]

Instellen van de functie om van rechts naar links af te drukken.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Uitgeschakeld

Alle tekst wordt van links naar rechts afgedrukt.

Automatisch

Als een Arabisch lettertype wordt gevonden, wordt de tekst in Arabisch schrift van rechts naar links afgedrukt.

[Time-out ontvangen]

Instellen hoe lang het product in de modus blijft om binaire gegevens te ontvangen.

Na het verstrijken van de opgegeven tijdsduur eindigt de binaire ontvangstmodus van de printer en worden de SDPL-opdrachten gescand.

Instelbereik: 0 (uitgeschakeld) tot 9.999 ms.

[Leeg item invoeren]

Instellen of u een onbedrukt label wilt doorvoeren wanneer de printer labelopmaakopdrachten ontvangt die geen afdrukbare afbeelding genereren.

[Prioriteit geven]

Selecteren welke instellingen prioriteit hebben voor elke insteloptie van de SDPL-opdracht. U kunt instellen dat de printerinstellingen dan wel de opdrachten prioriteit hebben.

Wanneer u [Instellingen] voor een optie selecteert, wordt de instelling toegepast die in het menu [SDPL] van de printer is opgegeven.

Beschikbare instelopties:

[Attribuut formaat]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van het formaatkenmerk.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[Modus pauzeren]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van de modus Pauzeren.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[1 byte codepagina]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van de 1-byte codepagina.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[Meeteenheid SDPL]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van de maateenheid.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[Schaalbare lettertypestijl]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van schaalbare lettertypestijlen.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[Type sensor]

Bepalen of de printerinstellingen dan wel de opdrachten voor het instellen van het sensortype prioriteit hebben.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[Teken feedback]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van het teken feedback.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[SOH-commando’s]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van SOH-opdrachten.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

[Moduleselectie]

Instellen wat prioriteit heeft: de printerinstellingen of de opdrachten voor het instellen van de moduleselectie.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Commando's

Prioriteit geven aan de aansturingsopdrachten.

Instellingen

Prioriteit geven aan de printerinstellingen.

Overige

De optie die u in het menu [Afdrukken] > [Geavanceerd] > [Prioriteit geven] hebt geselecteerd, wordt op de volgende instellingen toegepast en op het scherm weergegeven.

•	[Helderheid]

•

[Offset]

•	[Snelheid]

[Attribuut formaat]

Instellen van het formaatkenmerk.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [Attribuut formaat].

U hebt de keuze uit de volgende opties:

•

[XOR]

•	[Transparant]

•	[Ondoorzichtig]

•	[Omgekeerd]

[Modus pauzeren]

In- of uitschakelen van de pauzemodus.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [Modus pauzeren].

[1 byte codepagina]

Selecteren in de lijst van de codepagina die u wilt gebruiken voor tekens van 1 byte.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [1 byte codepagina].

[Meeteenheid SDPL]

Instellen van de maateenheid.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [Meeteenheid SDPL].

U hebt de keuze uit de volgende opties:

•	["] (inch)

•	[Millimeter]

[Schaalbare lettertypestijl]

Instellen van de tekenstijl voor schaalbare lettertypen.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [Schaalbare lettertypestijl].

Beschikbare instelopties:

[Vet]

Instellen of u vet wilt gebruiken voor schaalbare lettertypen.

[Cursief]

Instellen of u cursief wilt gebruiken voor schaalbare lettertypen.

[Teken feedback]

In- of uitschakelen van de <STX>a-opdracht.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [Teken feedback].

[SOH-commando’s]

Instellen van de SOH-opdrachten.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [SOH-commando’s].

Beschikbare instelopties:

[Alle commando’s]

In- of uitschakelen van alle SOH-opdrachten. Of het mogelijk maken elke opdracht in te stellen.

U hebt de keuze uit de volgende opties:

Uitgeschakeld

Uitschakelen van alle SOH-opdrachten.

Ingeschakeld

Inschakelen van alle SOH-opdrachten.

Aangepast

U kunt elk type SOH-opdracht in- of uitschakelen.

[SOH-B-commando]

In- of uitschakelen van de SOH-B-opdracht.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Aangepast] hebt geselecteerd in het menu [Alle commando’s].

[SOH-C-commando]

In- of uitschakelen van de SOH-C-opdracht.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Aangepast] hebt geselecteerd in het menu [Alle commando’s].

[Overige]

In- of uitschakelen van de SOH-opdrachten, behalve voor de SOH-B- en SOH-C-opdrachten.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Aangepast] hebt geselecteerd in het menu [Alle commando’s].

[Moduleselectie]

Selecteren van een locatie om de printerinstellingen op te slaan.

U kunt deze instelling alleen wijzigen als u [Instellingen] hebt geselecteerd in het menu [Prioriteit geven] > [Moduleselectie].

U kunt kiezen uit: A, B, C (toegewezen door <STX> X), D, F, G, H, I, J, X, Y of Z.

---

Gerelateerde onderwerpen

Bedieningswijzen in de instelmodus

Invoeren van instelwaarden