Omstandigheden waarin het lintuiteinde wordt gedetecteerd (alleen thermische transfer)

De lintsensor in de linttoevoerspoel detecteert wanneer het uiteinde van het lint is bereikt. Als de printer vaststelt dat het lint in de linttoevoerspoel niet meer dan 32 mm is opgeschoven (doorgerold) na het doorvoeren van de media, wordt een lintfout gemeld.

　

De resterende afdruktaak bepaalt hoe de printer reageert na het detecteren van het lintuiteinde.

•	Als de lengte aan resterende afdrukken 12 mm of meer bedraagt, wordt meteen na detectie een lintfout gemeld.

•	Als de lengte aan resterende afdrukken kleiner is dan 12 mm, wordt een lintfout gemeld nadat het afdrukken voltooid is.

•	Als u [Continu] hebt geselecteerd in het menu [Afdrukmodus] en [Geen] in het menu [Type sensor], of als u [Zonder strook] hebt geselecteerd in het menu [Afdrukmodus], wordt direct na detectie een lintfout gemeld, ongeacht de lengte aan resterende afdrukken.

•	Tijdens het doorvoeren wordt direct na detectie een lintfout gemeld.

---

Gerelateerde onderwerpen

Werkwijze in geval van fouten

Foutmelding 1009 (Einde Lint)