[Controle kop]

Uitvoeren van de printkopcontrole.

1.	Controleer en stel de opties in die u te zien krijgt in het menu [Controle kop].

2.	Druk op de -knop om de afdruk van de printkopcontrole te starten. Druk nogmaals op de -knop om de afdruk te onderbreken.

Om de afdruk van de printkopcontrole te stoppen, pauzeert u eerst het afdrukken en drukt u vervolgens op de -knop.

　

Beschikbare instelopties:

Breedte label

Stel de mediabreedte in die wordt gebruikt voor de printkopcontrole.

Het instelbereik verschilt afhankelijk van de afdrukresolutie van de printer.

Instelbereik:

Resolutie	CL4NX Plus	CL6NX Plus Als [Basispositie kop] [Standaard] is	CL6NX Plus Als [Basispositie kop] [Links uitlijnen] is
203 dpi (1 dot = 0,125 mm)	320 tot 832 dots	320 tot 1216 dots	320 tot 1340 dots
305 dpi (1 dot = 0,083 mm)	480 tot 1248 dots	480 tot 1984 dots	480 tot 2010 dots
609 dpi (1 dot = 0,042 mm)	960 tot 2496 dots	-	-

Lengte label

Stel de lengte in van één exemplaar van het medium dat voor de printkopafdruk wordt gebruikt.

Het instelbereik verschilt afhankelijk van de afdrukresolutie van de printer.

Instelbereik:

Resolutie	CL4NX Plus	CL6NX Plus
203 dpi (1 dot = 0,125 mm)	40 tot 240 dots	40 tot 240 dots
305 dpi (1 dot = 0,083 mm)	60 tot 360 dots	60 tot 360 dots
609 dpi (1 dot = 0,042 mm)	120 tot 720 dots	-

Pitch

De afdrukpositie verschuiven in verticale richting.

Het instelbereik verschilt afhankelijk van de afdrukresolutie van de printer.

Instelbereik:

Resolutie	CL4NX Plus	CL6NX Plus
203 dpi (1 dot = 0,125 mm)	-30 tot 0 tot 30 punten	-30 tot 0 tot 30 punten
305 dpi (1 dot = 0,083 mm)	-45 tot 0 tot 45 punten	-45 tot 0 tot 45 punten
609 dpi (1 dot = 0,042 mm)	-90 tot 0 tot 90 punten	-

Als u een lagere waarde instelt, wordt de afdrukpositie in de doorvoerrichting verplaatst (naar het voorste gedeelte van de media).

Als u een hogere waarde instelt, wordt de afdrukpositie tegen de doorvoerrichting in verplaatst (naar het achterste gedeelte van de media).

Offset

Stel de mediastoppositie in.

Het instelbereik verschilt afhankelijk van de afdrukresolutie van de printer.

Instelbereik:

Resolutie	CL4NX Plus	CL6NX Plus
203 dpi (1 dot = 0,125 mm)	-30 tot 0 tot 30 punten	-30 tot 0 tot 30 punten
305 dpi (1 dot = 0,083 mm)	-45 tot 0 tot 45 punten	-45 tot 0 tot 45 punten
609 dpi (1 dot = 0,042 mm)	-90 tot 0 tot 90 punten	-

Als u een lagere waarde instelt, wordt de stoppositie in de doorvoerrichting verplaatst (naar het voorste gedeelte van de media).

Als u een hogere waarde instelt, wordt de stoppositie tegen de doorvoerrichting in verplaatst (naar het achterste gedeelte van de media).

Helderheid instellen

Fijnafstellen van de helderheid van de printkopcontroleafdruk.

0 is het lichtst en 99 is het donkerst.

• De waarde van [Lengte label], [Pitch], [Offset] en [Helderheid instellen] ingesteld in het [Controle kop]-menu wordt weergegeven in dezelfde iteminstellingen in het [Fabriek]-menu, [Lijst configureren]-menu, [QR configureren]-menu en [Papiersensor]-menu.